Energieke groei onder controle houden
De hazelaar is bekend om zijn snelle en krachtige groei. Zonder af en toe snoeien, wordt de struik vaak veel te breed of te groot, waardoor hij het uitzicht in de tuin wegneemt en andere planten overschaduwt. Na een paar jaar kan het een wirwar van takken worden. Door enkele oudere en dikke takken weg te halen, wordt de struik opener en luchtiger. Hierdoor valt het zonlicht beter tussen de takken en krijgen nieuwe scheuten de kans goed te groeien. Dit helpt niet alleen om de struik mooi in vorm te houden, maar zorgt ook voor meer bloemen in de lente en uiteindelijk meer noten in de herfst.
De beste tijd om een hazelaar te snoeien
Het juiste moment kiezen is belangrijk voor het snoeien van jouw hazelaar. De beste periode voor een grote snoeibeurt is tijdens de wintermaanden, tussen oktober en maart. In deze maanden groeit de struik niet veel meer; hij is dan in rust. Dit maakt het makkelijker om de vorm goed te zien en de sapstroom is stil, waardoor de takken minder bloeden als je ze afzaagt. Het is slim om bij oudere hazelaars elk jaar een paar van de oudste takken bij de basis weg te nemen. Zo verjong je de struik steeds een beetje en blijft hij vitaal. Kleine zijtakjes die elkaar kruisen of schuren, kun je het beste ook in de winter weghalen om schade en ziektes te voorkomen.
Stapsgewijs snoeien en eenvoudige tips
Voordat je begint, heb je een scherpe snoeischaar of een kleine zaag nodig, afhankelijk van de dikte van de takken. Let goed op waar je knipt: haal de oudste, donkerste takken zo dicht mogelijk bij de grond weg. Laat altijd meerdere jonge, gezonde scheuten staan, want juist deze zullen het jaar erop zorgen voor groei en bloei. Gebruik altijd schoon gereedschap om de kans op ziekten te verkleinen. Als je struik of boom groot en breed is geworden, kan het helpen om de takken in verschillende jaren weg te halen. Zo blijft de hazelaar in evenwicht. Wees niet bang als je een stevige snoeibeurt geeft, de struik herstelt meestal snel. Jonge hazelaars hoef je minder vaak te snoeien, voornamelijk om dode takken te verwijderen of om te zorgen dat ze mooi de ruimte innemen.
Voordelen van regelmatig snoeien
De hazelaar krijgt meer licht en lucht, wat ziektes en schimmels tegengaat. Door oude en zwakke takken te verwijderen, groeit de struik vlotter en blijven de nieuwe scheuten sterker en gezonder. Als je de hazelaar snoeit, kun je bovendien de oogst van noten verbeteren, aangezien jonge takken vaak meer hazelnoten geven. Snoeien zorgt meestal ook voor een vollere, groenere struik, die het hele jaar mooi blijft staan. Heb je jonge planten in de buurt, dan krijgen die meer ruimte als je jouw hazelaar wat kleiner houdt. Daarnaast zijn de mooie, grillige takken die je weghaalt leuk om te gebruiken als ondersteuning voor andere planten, of zelfs in bloemstukken!
Veelgestelde vragen over het snoeien van een hazelaar
- Hoe vaak moet ik een hazelaar snoeien? Een hazelaar hoeft meestal maar één keer per jaar flink te worden gesnoeid, bij voorkeur in de winter. Kleine aanpassingen, zoals het weghalen van dunne takken of dood hout, kunnen ook tussendoor als dat nodig is.
- Moet ik alle oude takken tegelijk verwijderen? Het is beter om niet alle oude takken tegelijk te snoeien. Verdeel het verwijderen van oude, dikke takken over drie jaar. Zo krijgt de struik rust en blijven er steeds genoeg jonge, gezonde takken over.
- Wat doe ik met afgezaagde takken? De afgezaagde takken van een hazelaar kun je versnipperen en als mulch gebruiken in de tuin, op de composthoop gooien, of bewaren voor steunstokken bij andere planten. Snoeiafval hoeft dus niet verloren te gaan.
- Helpt snoeien tegen ziektes in de hazelaar? Door regelmatig te snoeien en dood of ziek hout te verwijderen, krijgt schimmel minder kans. Een luchtige struik voorkomt ook dat ziektes zich snel verspreiden.
- Kan ik mijn hazelaar ook in de zomer snoeien? In de zomer kun je kleine takjes of wilde scheuten weghalen, maar laat grote snoeiklussen bij voorkeur tot de winter wachten. Dan herstelt de struik het beste en voorkom je dat hij te veel vocht verliest.